Nederlandse taal / Lezen / Schrijven
Uitgangspunt
Taal geeft ons het vermogen tot communiceren. Door de buitenwereld te benoemen krijgt de mens greep op die buitenwereld.
In het periode onderwijs worden o.a. behandeld:
- Taalvaardigheden in geschreven en gesproken woord (gesprekken, toneel, opstellen e.d.).
- Toneellessen.
- Spelling en grammatica.
- Het verstaan en maken van eenvoudige poëzie.
- Literatuur via het luisteren naar verhalen uit de grote culturen van de wereldgeschiedenis.
Bij het vak Nederlands wordt gebruik gemaakt van de vertelstof uit:
- sprookjes, fabels, het Oude Testament, de Eddah, de Grieken en de Romeinen.
Sommige klassen volgen dramalessen o.l.v. Stichting Educatieve Projecten (SEP). De leerlingen gaan met de leerkracht onder deskundige leiding oefenen. Tevens bezoeken sommige klassen toneelvoorstellingen.
Bij de vaklessen wordt gebruik gemaakt van de volgende methodes:
Schrijven in de basisschool, uitg. Wolters-Noordhoff
De leeslijn Kees de Baar, uitg. Meulenhoff Educatief
Nieuwsbegrip XL+
Goed Gelezen, uitg. Malmberg
Zo leren kinderen lezen en spellen (ZLKLS) ontwikkeld door drs. José Schraven
Woordbouw nieuw Kees de Baar, uitg. Wolters Noordhoff
Taalverhaal, uitg. Thieme Meulenhoff
Bovendien bieden we verschillende remediërende programma’s aan en extra oefenstof.
Uitgangspunt
Dramatiseren en naspelen van personen en gebeurtenissen bieden een identificatiemogelijkheid bij uitstek. Zo kan toneelspelen mede een functie vervullen om bij leerlingen eventuele blokkades te doorbreken of eenzijdigheden te harmoniseren. Het bevordert mondelinge taalvaardigheid en sociale vaardigheid.
Afhankelijk van de leeftijdsgroep wordt er o.a. gewerkt aan het naspelen van vertelstof en het uitbeelden van spreekwoorden en zegswijzen.
Het accent ligt daarbij op:
- wederkerigheid
- genuanceerder verwachtingen en bedoelingen hanteren
- meer controle over zichzelf krijgen – impulscontrole
- jezelf kunnen accepteren en staande houden in de omgeving
- leren feedback te geven en te ontvangen
- samenwerken
Uitgangspunt
De getallen verwijzen naar verhoudingen en ritmen die aan de wereld en de kosmos ten grondslag liggen. In het rekenen worden die voor het kind beleefbaar gemaakt. De eenheid is daarbij de grondslag. Een eenheid die zich op de meest verschillende wijzen als veelheid kan voordoen. De leerlingen krijgen de gelegenheid om de wereld der getallen ook via beweging te leren kennen.
In het periodeonderwijs komen o.a. aan de orde:
- De getallenwereld.
- Bewerkingen: optellen, aftrekken, delen, tafels.
- Het klokkijken, tijd, snelheid.
- Het geldrekenen.
- Maten en gewichten, oppervlakte, inhoud.
- Verhoudingen en breuken.
- Meetkunde vanuit vormtekenen en ruimtelijke constructies.
Bij de vaklessen wordt gebruik gemaakt van de methodes:
Reken Zeker, uitg. Noordhoff
Getal & Ruimte, uitg. Epro
We bieden verschillende remediërende programma's aan en extra oefenstof.
Ga terug naar 'Vakken'.